Wat is Zen meditatie?

“Tijdens authentieke zen-meditatie moet je niet proberen iets te bereiken. Zonder ergens op te focussen, is onze concentratie bij de houding, onze ademhaling en onze gemoedstoestand.”
Taisen Deshimaru

Zenmeditatie is Zazen, wat zitmeditatie betekent. In Zazen zijn drie punten bijzonder belangrijk: de lichaamshouding, de adem en de geesteshouding.

Lichaamshouding

Zittend op een speciaal kussen (zafu) kruis je je benen in volledige of halve lotushouding. Het bekken is iets naar voren gekanteld, zodat de rug gemakkelijk kan worden gestrekt en een natuurlijke houding ontstaat. Het hoofd is recht en de kin is ingetrokken. De oogleden zijn ontspannen, half gesloten en het zicht is naar beneden gericht. De handen vormen samen een ovale vorm, de vingers zijn tegen elkaar geplaatst en de toppen van de duimen raken elkaar zachtjes aan. De zijkant van de handen wordt tegen de buik geplaatst, net onder de navel.

Ademhaling

De juiste zen-ademhaling verschilt van de gebruikelijke ademhaling die we normaal gesproken ademen. De zen-ademhaling is lang, stil en diep. De nadruk ligt op de uitademing. Tijdens de uitademing verzamel je je energie in ‘kikai tanden’, een belangrijk energiepunt in het lichaam enkele centimeters onder je navel. De buik ontspant en zet iets naar buiten toe na elke exilatie. Na de uitademing gaat de inademing vanzelf, waarna de cyclus zich herhaalt. De inademing is weer kort en spontaan.

Geesteshouding

Voor de houding van je geest krijg je de aanbeveling om je gedachten los te laten als wolken die aan de lucht voorbijtrekken. Je stelt je een blauwe lucht voor waarvoor witte wolken voorbij drijven. Maar in de praktijk kan het troebel zijn en op de ene gedachte (of emotie of herinnering etc.) volgt de andere. Toch doe je nu zazen. Meester Deshimaru vergeleek het effect van zazen met dat van een glas troebel water dat je rustig laat staan ​​en na enige tijd zakte de aarde naar de bodem en wordt het water helder. Maar als je iets met zazen wilt doen, als je iets wilt bereiken, als je tegen je geest vecht, is het alsof je in het glas roert.
.

Je concentreert je dus op je ademhaling. Bij het woord concentratie kun je de indruk krijgen dat je je best moet doen. Maar je hoeft niet meer te doen dan je aandacht weer bij je ademhaling te brengen. Zonder een oordeel te vellen over de lengte, de inhoud of de hoeveelheid van je gedachten. Accepteer gewoon je gemoedstoestand.

Gebruik zazen niet - niet om iets op te lossen, niet om iets beters te concluderen of te begrijpen. Soms doet zazen dat voor je, maar je volgt je gedachten niet. Het kan voor u lijken alsof u naar een zwart tv-scherm kijkt. Terwijl zappen rond lijkt veel aantrekkelijker. De wereld van de geest is zo vertrouwd dat je je ermee kunt identificeren en haar niet meer wilt laten gaan.

Het is jouw commentaar en jouw interpretatie van de werkelijkheid. Het loopt een fractie van een seconde achter op de realiteit. Als je doorgaat met zazen, verdwijnt de televisie zonder dat je het merkt. Je concentreert je niet op iets, je bent gefocust. Je bent geen toeschouwer meer: ​​dat ben je. De gedachten die opkomen zijn inderdaad niet meer dan schapenwolken die in de lucht voorbij trekken.